donderdag 1 september 2022

In de jungle

De naam Green Lodge wekte verwachtingen. Ons ‘hotel’ in Tangkahan staat op loopafstand van de jungle, dus het ‘groen’ in die zin klopt. Verwacht echter geen duurzaam verblijf. In IndonesiĆ« is men nog niet zo bezig met duurzaamheid. Vaak hangt er tl-verlichting in de kamers en het afval wordt veelal gewoon op de dichtstbijzijnde plek buiten, zoals achter een muurtje, gegooid. Op een hoop, dat wel. Elektriciteit is goedkoop, dus waarom zou je een zonnepaneel aanschaffen? “Ik betaal per maand 9.000 roepia (een euro of zeven) voor een huis met tv, koelkast en vijf lampen”, vertelde onze chauffeur. Ik zou trouwens niet weten hoeveel lampen we thuis hebben hangen, dus dat zegt ook wel wat over de (eenvoudige) inrichting van zijn huis misschien. 



Over huizen gesproken: onze kamer in de Green Lodge is echt basic. Wat zijn we thuis dan eigenlijk ontzettend verwend. In de kamer staan alleen een bed en een wasrekje. Ernaast is een douche aangebouwd met toilet. Om het toilet door te spoelen, staat er een teil vol water, met een steelpannetje erin. De bedoeling is dat je met een pan vol water je toilet doorspoelt. De douche is een pvc-pijp waarin gaatjes zijn gemaakt. Er was overigens alleen koud water. Geen toiletpapier (want anders gebruiken gasten het papier en raakt de afvoer verstopt) en geen wasbakje met spiegel. 

Ik doe meestal aan het einde van de dag – nog bij daglicht – mijn lenzen uit, bang om ze anders in het donker niet eruit te kunnen halen. Het gekke is dat we – we zijn op reis met vrienden - de sleutels kregen van huisjes met een prachtige heg vol jasmijn, maar wel schuin achter het woonhuis van Fernando. 

Een stukje verder staan echter huisjes met veranda aan de rivier, schitterend. Volgens mij werkt het gewoon zo dat wij huisje nummer 1 en huisje nummer 2 kregen en dat ze hier niet verder nadenken over wat toeristen wenselijk vinden. 

De eigenaar van de Green Lodge en zijn gezin zijn wel vreselijk aardig en behulpzaam. Hoewel hij goed Engels spreekt en ik een beetje Indonesisch, begrijpen we elkaar soms niet goed. De eerste avond was de kip niet gaar. We lieten het rose vlees zien en vroegen of de boutjes nog konden worden gebakken. Excuses alom en na een tijdje kwamen ze gefrituurd terug. De volgende avond bestelden we ons eten en gaven aan dat we de tijd hadden. Nou dat hebben we geweten: twee uur later kwam onze bestelling. Het was niet zo dat de kok de tijd had genomen om het eten te bereiden, want alles was koud. Ook was de sateh in de frituur gestopt. Waarschijnlijk dacht men dat we dit op deze manier lekker vonden. 

Toch zou ik de Green Lodge aanbevelen. En niet alleen omdat een overnachting vijf euro per persoon per dag kost, inclusief ontbijt. Je loopt zo via de achtertuin de jungle in en ga je de andere kant op, dan kom je bij een strandje waar je olifanten kunt wassen aan het einde van de dag. 

Fernando is ook een prima gids. Hoewel we over paden hebben gelopen van pakweg een centimeter of vijftien breed, langs een ravijn. Ik weet nog steeds niet hoe ik naar beneden bij de rivier ben gekomen omdat daar alleen gladde rotsen waren of natte glibberige klei. Echt verantwoord was de trekking niet maar we hebben wel genoten! Morgen vertrekken we naar Bukit Lawang. Ook nog in het National Park Gunung Leuser, waar neushoornvogels leven, allerlei soorten apen maar ook orang oetans. We gaan een dag de jungle in en hopen natuurlijk zo’n majestueus beest te kunnen zien. Tot morgen! 


 


1 opmerking: