donderdag 6 augustus 2015

Wandelen in Solo

Vandaag gaan we de stad Solo bekijken. Te voet, zoals we hier voortdurend doen. Lopend, jalan jalan, hebben we al heel veel leuke straatjes, kampongs gezien. Indonesiers snappen er echter niets van. Het is veel te warm om te lopen, toch? Bovendien zijn er zoveel verschillende vervoermiddelen: fietsen, becaks, brommers, angkots, bussen, taxi's, treinen, dokars (paard en wagen) en ojeks (achterop de brommer tegen betaling). 

Vrijwel niemand loopt hier. De stoepen zijn er ook naar. Vaak is er niet eens een stoep en als er een pad is, moet je voortdurend naar beneden kijken om niet te struikelen over stenen, wortels of afstapjes.


In The Jakarta Post las ik een verhaal waarin de schrijver een lans brak voor investeren in openbare ruimte en in wandelpaden, stoepen. "We zitten niet te wachten op een nieuwe Abercrombie, maar we hebben parken nodig, ruimte zodat mensen elkaar kunnen ontmoeten en een betere infrastructuur voor toeristen." Zeker in Jakarta en de andere grotere steden op Java zie je de ene na de andere winkelmall verrijzen. Prachtig hoor, voor families is het een wekelijks uitje om de etalages te bekijken en lekker in een air-conditioned gebouw rond te lopen. iets kopen zie je mensen nauwelijks doen. Als je weet dat een leraar ongeveer 1,5 miljoen rupiah verdient per maand en dat we gisteren twee kopjes koffie dronken in een winkel in zo'n mall voor 80.000 rupiah, dan is dat verhoudingsgewijs voor Nederlanders 110 euro (uitgaande van een maandsalaris van 2000 euro). Dan zou je in Nederland ook thuis koffie drinken!

Nu zijn de malls ook bedoeld om toeristen te trekken die de 80.000 rupiah (5,41 euro) best willen betalen voor koffie. Maar die willen meer dan alleen zo'n shoppingparadijs. Indonesie blijkt het ook niet zo goed te doen in toeristisch opzicht. Maleisie, Singapore en Hongkong streven indonesie in dat opzicht voorbij. Die landen en steden hebben veelal een betere infrastructuur en bieden de toerist ook behalve geweldige malls, een centrum waar het leuk toeven is. 


Ik hoop dat Indonesie inderdaad gaat investeren in openbare ruimte in steden en in paden voor wandelaars en fietsers. Niet alleen omdat ik dan eens mijn schoenen met hak kan aandoen, die ik nu tevergeefs meesleep in mijn koffer, ook omdat je tijdens het wandelen hier zoveel meemaakt. Ik heb nog geen vervelende ervaring meegemaakt; voel me veilig en op mijn gemak. En Marco, die loopt hier voortdurend met een uithangbord op zijn buik rond waarop staat 'praat met mij', zo lijkt het wel want voortdurend moeten we even wachten omdat iemand hem aanspreekt en er een gezellig gesprek ontstaat. 



Ondertussen hebben we het centrum van Solo verkend. Ook hier zijn prachtige kratons, al heeft de sultan in Solo veel minder macht en aanzien dan die in Yogyakarta. Het is weer een prachtige dag geweest!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten