dinsdag 24 juni 2025

Sophia in USA XIII





Vanuit Indonesië komt er een verontrust telefoontje van dochter. “Is alles goed? Jullie zijn momenteel in een land in oorlog zowat. Kijk alsjeblieft uit.” Zij doelt op de Amerikaanse aanval op nucleaire doelen in Iran in de nacht van zaterdag op zondag. Op televisie wordt op alle (en dat zijn er veel) netten informatie gegeven over deze actie en de reactie van Iran. En het gaat er hier maar net om naar welke zender je kijkt voor de ‘juiste’ informatie. We zijn nog steeds in de USA.


Na Chattanooga zijn we naar Birmingham gereden. Een stad die in de jaren zestig een van de meest raciaal verdeelde steden in de VS was. Toen ik een peuter was en nog geen weet van discriminatie, gingen Afro-Amerikanen zitten in restaurants op plekken waar tot dan toe alleen witte Amerikanen welkom waren. Het was een geweldloos protest. Zij werden niet bediend toen. Deze sit-ins leidden tot gewelddadige arrestaties onder andere met gebruik van honden en een waterkanon. Ik kan me ook nog een documentaire herinneren over de bomaanslag op de Sixteenth Street Baptist Church, waarbij vier meisjes omkwamen, die speelden onder de kansel. Nu sta ik op het kruispunt bij de 16th Street, zie de kerk en ben onder de indruk. De stad werd destijds niet voor niets Bombingham genoemd. Het is eigenlijk niet voor te stellen dat het geweld gericht was (is?) tegen mensen van wie de voorouders ooit als slaven naar de VS zijn gebracht, hier onder vaak onmenselijke omstandigheden moesten werken en nu al generaties wonen, mensen die gewoon Amerikanen zijn.

Het Civil Rights Institute geeft een indrukwekkend beeld van het leven van zwarte en witte mensen in Alabama van eind 18e eeuw tot nu. Er is een klas ingericht voor witte kinderen anno 1953 en een klas voor zwarte kinderen in die tijd. Zij moesten niet alleen apart zitten maar ook was het lokaal met ouderwets materiaal ingericht, er werd ogenschijnlijk geen moeite gedaan om die kinderen goed onderwijs bij te brengen. Verder zijn er huiskamertjes te zien. Een bezoeker stoot mij aan: “Zo zag het er bij mij thuis vroeger ook uit. Deze expositie brengt herinneringen naar boven.”

Ik zie een meisje geeuwen en verveeld kijken. Zij bezoekt het museum met haar ouders, Afro-Amerikanen. Ze kijkt op haar telefoon, heeft geen interesse voor de expositie. Even verderop zie ik een (zwart) meisje op een bank slapen, capuchon omhoog. Het spijt me erg, ik zal eerlijk zijn: ik geef haar dan een reprimande van jewelste. Zeg zoiets dat ik uit Holland kom en me schaam voor de dingen die zijn gebeurd tegen onze medemensen. Dat iedereen de feiten die in dit museum aan de orde komen, goed tot zich moet nemen en dus niet moet gaan slapen maar de ogen openhouden. Ze stamelt dat ze hoofdpijn heeft. Een bezoeker naast haar neemt het voor haar op. “Zij werkt hier als vrijwilliger. Waarschijnlijk heeft zij deze expositie al tientallen keren gezien.” Je begrijpt dat ik mijn verontschuldigingen heb gemaakt met een knalrood hoofd.


De stad Birmingham is vrij overzichtelijk. Er werd pas een stad gesticht (in 1871) om de werknemers te huisvesten die werkten in de mijnbouw. De straten zijn ook hier kaarsrecht.
Heel bijzonder vind ik de ‘City Walk’ in het noorden van de stad. (en klik vooral op de link want het is prachtig om te zien wat je kunt doen met zo'n gebied) Het is een meters breed stuk dat onder highway 20/59 loopt. Het zou een niemandsland kunnen zijn, een gebied dat mensen mijden zo onder de wegen. Maar er hangen grote lampen om elke twee meter, alle muren zijn wit geverfd. Er is een breed, kronkelend pad aangelegd waar ook borden staan met uitleg over de stad. Het toeristenkantoor is er gevestigd en er is een groot skatepark. De stad zou doorsneden kunnen worden door de rijksweg zonder aansluiting van noord met zuid. In plaats daarvan is er de City Walk, briljant! 
Verder ontdekken we rondom first Avenue leuke zaken. Buiten lijkt het alsof er kantoor na kantoor is gevestigd, maar als je een deur opendoet kom je in heel bijzondere bars terecht. Het is overal ook best druk, terwijl je op straat geen mens ziet.
We krijgen in het restaurant waar we overigens erg goed eten (Bistro 218) een tip om naar ‘House of Found Objects’ te gaan. Een café met een concept dat in Rotterdam ook succesvol zou zijn, denk ik. Diezelfde ober vertelt ons dat er in Birmingham een grote Griekse gemeenschap is. Op internet lees ik er later over. Griekse immigranten op zoek naar een beter leven, vonden hier voldoende werk: in de mijnen en vooral in restaurants. “Er is altijd wel iemand in je familie die een restaurant heeft of er werkt.” Misschien heeft Bistro ook Griekse ‘roots’. Met malse octopusstukjes als voorgerecht en de vis ‘red snapper’ met gewone (!) aardappelen erbij en groenten als hoofdgerecht, eten we die avond niet typisch Amerikaans. Birmingham bevalt!





1 opmerking:

  1. Tranen. Er zal altijd discriminatie zijn. Triest. Tussen rijk arm homo man vrouw geloven etc etc

    BeantwoordenVerwijderen