Vanaf het startpunt bij Hotel Batavia, hartje Jakarta, wandelden we een stukje. Ronny vertelde intussen over zijn aanpak van hidden tours. De helft van de opbrengst van de tours zou rechtstreeks naar de mensen in de kampongs gaan die we zouden bezoeken. Ook wordt een deel besteed aan educatie. Een loffelijk streven om op die manier tours aan te bieden en tegelijkertijd de lokale bevolking te helpen.
De sloppenwijk begon dichtbij het centrum. Eigenlijk is het niet te bevatten dat zo dicht bij het plein voor hotel Batavia, waar mensen vanwege het einde van de Ramadan er in hun mooiste kleding bij lopen, alles te eten en drinken kunnen kopen en de kinderen in een draaimolen kunnen zitten, mensen 'wonen' die niet bestaan. Door een steeg van ongelijke planken, waar ik geen hand voor ogen kon zien, liep Ronny voorop. Overal handen schuddend en een aardig woord voor iedereen. Vlak langs een rivier, die meer op een natte vuilnisbelt leek, hadden vele families hun bivak opgezet.
Ik wierp een blik in een kamertje: twee bij drie meter hooguit. Zelfs de douche in onze hotelkamer is groter! Overal zaten en lagen mensen. Oud, jong. En overal stond een tv in een verder lege kamer en hing de was te drogen. Een smal houten trappetje leidde naar een verdieping erboven, waarschijnlijk om te slapen. Het waren mini-samenlevingen want we zagen ook een winkeltje met snoep en een ijzerwarenhandel. Bij een familie mochten we binnen zitten, op het zeil. Anneke zorgde voor flesjes water en ook waren er koekjes en een soort chips. Oma kwam er bij zitten, evenals haar kleindochter Merri. Zij wilde stewardess worden, maar ze was wel nu van de priveschool af vanwege geldgebrek. De kinderen, die ons op de hele weg hadden vergezeld, kwamen er ook bij zitten. Zij kregen van Anneke een zakje chips. Achteloos werden de lege zakjes op het pad gegooid; aan gescheiden inzameling, wat zeg ik, aan inzameling van afval doen ze hier niet. Ze lachten, pakten onze handen beet en liepen vrolijk met ons verder.
Volgens Ronny breekt de overheid bij tijd en wijle de illegaal gebouwde hutjes af. Deze mensen staan niet geregistreerd en dus gaan de kinderen nauwelijks naar school. Gek genoeg krijgen ze wel elektriciteit, of misschien wilde Ronny niet vertellen dat ze stroom illegaal aftappen. Terwijl wij al onder de indruk van het kampongleven waren, leidde de tour langs gezinnen die onder een viaduct leven. Als ik over de weg erboven zou lopen, had ik niet kunnen bevroeden dat eronder mensen wonen. Is dit wel wonen? Er stond een primuspitje waarboven een noedelmaaltijd werd gemaakt. Een paar krukjes en een campingtafeltje, dat was alles. Enkele vrouwen en kinderen zaten bij elkaar. Vrolijk kwamen ze ons begroeten. 'Wat is je naam?' Geen spoor van verlegenheid of schaamte. Als dat zou moeten overigens hoor, ze zagen er ook niet uit alsof ze onder een tochtige gang onder een rijksweg woonden waar je nauwelijks rechtop kan staan.
Wij zouden zonder onze gidsen nooit deze spelonken zijn ingegaan, zouden deze ook niet eens hebben ontdekt trouwens omdat je niet verwacht dat er op zulke plekken wordt gewoond. We hebben verhalen gehoord over het dagelijkse leven van deze 'inwoners' van Jakarta. Al heeft hun huis geen adres en staat de kampong op geen kaart aangegeven.
De vier toeristen, twee gidsen en inmiddels veertien trouwe begeleiders proppen zich in een bestelbusje en rijden terug naar het plein waar de tour startte. De kinderen mogen een keer in het draaimolentje en geven dan beleefd een handje ten afscheid. De moeders verzamelen hun kroost en gaan dan op in de menigte. Niemand kan aan hen zien dat zij teruggaan naar kamertje van hardboard naast het spoor.
Dan is het tijd om Ronny en zijn vrouw te bedanken voor de opmerkelijke rondleiding en de gevraagde deelnameprijs van 50 dollar te geven. Zal hij inderdaad met een deel van het geld de mensen in de kampong helpen? Of maakt hij de armoede voor zijn eigen gewin te gelde, zoals een vertegenwoordiger van een NGO (nongovernmental organization) hem ooit heeft toegebeten? Wij blijven achter met gemengde gevoelens: hij was ontzettend bevlogen en bracht het verhaal oprecht. De mensen met wie we kennis maakten, behandelden hem als familie. En misschien is hij dat ook wel voor hen, af en toe een suikeroompje, hopelijk!
Terug in het hotel, met alle luxe ervan, de heerlijke douche, het koude biertje en de muziek. Dit was pas onze eerste dag!
Dan is het tijd om Ronny en zijn vrouw te bedanken voor de opmerkelijke rondleiding en de gevraagde deelnameprijs van 50 dollar te geven. Zal hij inderdaad met een deel van het geld de mensen in de kampong helpen? Of maakt hij de armoede voor zijn eigen gewin te gelde, zoals een vertegenwoordiger van een NGO (nongovernmental organization) hem ooit heeft toegebeten? Wij blijven achter met gemengde gevoelens: hij was ontzettend bevlogen en bracht het verhaal oprecht. De mensen met wie we kennis maakten, behandelden hem als familie. En misschien is hij dat ook wel voor hen, af en toe een suikeroompje, hopelijk!
Terug in het hotel, met alle luxe ervan, de heerlijke douche, het koude biertje en de muziek. Dit was pas onze eerste dag!
goed artikelen
BeantwoordenVerwijderen