maandag 14 juni 2021

Onderweg in Portugal deel IV

Via Airbnb hebben we voor twee dagen een appartement gehuurd in Peso da Regua, midden in de Douro-vallei. Het is heerlijk om in de auto het Portugese landschap aan ons voorbij te zien gaan, zeker na die lange uitputtende wandeling gisteren! We mijden tolwegen en rijden over bochtige wegen om en over bergen, rivieren en door dorpjes. Dan zien we beneden ons de rivier Douro, als een glimmend, kronkelend pad. Bij het stadje zelf gaan een ijzeren brug en een gigantisch hoge brug van beton over de rivier. Aan beide kanten van de rivier zijn quinta’s, wijngaarden. 




Het stadje Peso da Regua blijkt eigenlijk een doorgaande straat, met een station. Ons appartement bevindt zich in die straat, waar we de auto voor 3,20 eurocent 24 uur voor de deur kunnen parkeren. Eerst maar eens iets eten. Had ik al verteld over de heerlijke Portugese keuken? Vis, vlees en vooral de toetjes zijn onweerstaanbaar. Het is blijkbaar etenstijd, zo rond twee uur, want alle restaurantjes zitten vol. In een zijstraat zien we nog een leeg tafeltje buiten. We bestellen het dagmenu en een karafje wijn. De porties zijn zo groot dat we een gerecht beter hadden kunnen delen. Ik heb twee gebakken vissen met een rijstschotel met champignons, wortelen, knoflook en selderij. Marco een stoofpotje vlees met patat en rijst. Met de patat hier is iets raars aan de hand. In de meeste restaurants vind ik de patat nauwelijks gebakken, de patatjes lijken eerder gekookt. En overal, he!
Ik durf het nauwelijks te schrijven maar we betalen uiteindelijk 31 euro, met koffie/thee na. Voor het karafje wijn rekende men vijf euro. Volgens mij woont hier niet het rijkste deel van het land. 


De etalages van kledingzaken zien er ook uit alsof het om kringloopwinkels gaat. Er staan ook veel zaken leeg en vele huizen te koop. De eigenaars van ons appartement hebben drie jaar geleden zo’n afbraakpand gekocht en laten verbouwen tot het Original Douro Hotel. Echt een aanrader! Later horen we dat veel jongeren wegtrekken uit deze streek. Werk is er nauwelijks te vinden. En als je werkgever honderd kilometer verderop gevestigd is, ga je uiteindelijk ook verhuizen. Er wordt nauwelijks geïnvesteerd in deze steden en door de Covid-pandemie blijven de toeristen al twee jaar weg. 




Eigenares Paula van het restaurant Nacional is dan ook blij met onze komst. Eigenlijk wilden we een glaasje wijn en iets kleins eten maar uiteindelijk eten we een gigantische kalfssteak, die smelt in de mond, een Portugese pudding en -kaas na. Paula beveelt ons een rode Douro-wijn aan, die weliswaar de duurste is maar wel de beste wijn die ze heeft (17 euro per fles). Als we de fles niet leeg drinken, krijgen we deze mee, belooft ze. We gaan overstag natuurlijk na al deze marketingtrucs. Maar Paula is echt aardig. Ze vertelt over het stadje, over haar kinderen die 200 kilometer verderop studeren en over Amerikanen die haar restaurant bezoeken. Om een of andere reden is de zaak in een Amerikaanse gids terecht gekomen. “Dan komen ze binnen en vragen ‘Where is Paula?’ en dan roept mijn man mij uit de keuken.” Ze spreekt er in ieder geval goed Engels door. Alsof we familie zijn, nemen we aan het eind van de avond afscheid. Het was weer een heerlijke dag!








Geen opmerkingen:

Een reactie posten