dinsdag 9 juli 2019

In de rij voor een bak koffie

Het bijzondere van reizen is, vind ik, dat je andere gewoonten, leefwijzen ziet. Neem bijvoorbeeld Canada: de mensen hier zien er niet anders uit dan bij ons in Holland. Ook qua levenswijze lijkt het overeen te komen. Maar soms kunnen mensen me zo verbazen. Vanmorgen waren we nogal vroeg onderweg en we wilden bij een zaak van Tim Hortons koffie en een broodje halen. Tim Hortons is een fastfood-keten. Half negen en de zaak zat dus barstensvol. Buiten stonden zeker tien auto’s in de rij bij het afhaalhokje.



Waarom zou iemand op een zondagmorgen zo vroeg in de auto stappen voor een koffie en een snack? De enige reden die ik ervoor kan verzinnen, is dat zij dit combineren met een kerkbezoek. De tuinder Paul, die we eerder in Halifax hadden ontmoet, had zich er ook over verbaasd. Hij wist wat zijn personeel verdiende, aan het eind van de maand kwamen de jonge gasten nauwelijks rond, vertelde hij. Het leven in Canada is best duur. “Maar toch kwamen ze elke morgen naar de zaak met zo’n beker koffie in hun hand.” Per maand kwam dat neer op circa veertig dollar, per jaar op zo’n tweeduizend dollar, rekende Paul zijn personeel voor. Sindsdien kwamen de meesten rechtstreeks naar de zaak en namen daar een bak koffie.

Ik moest wel aan Paul en zijn vrouw Anita denken vanmorgen. Voor hen zit de vakantie er na een week alweer op. Wij zitten pas op de helft. Als ik bedenk wat we allemaal hebben gedaan en gezien, lijkt het alsof we al weken weg zijn. Het is heerlijk met een auto te reizen naar een volgende plaats en daar te wandelen, een biertje te drinken en rond te kijken. Vandaag zijn we in O’Leary bijvoorbeeld en slapen in de eerste vuurtoren die tevens een herberg is, West Point Lighthouse, op Prince Edward Island. Als ik door het raam naar buiten kijk, zie ik de zee glinsteren. Een vissersbootje keert en mindert snelheid zodat de bemanning de kreeftenkratten uit het water kan hijsen. Er gaat van alles terug in de zee, alleen de grotere kreeften gaan mee naar de afslag.



Deze tussenstop is een oefening in onthaasten. Er staan twee stoelen – bear chairs – op de kustlijn, soms lopen wat mensen voorbij. Voor de rest is hier eigenlijk niet veel te doen. Ja, je hebt in het dorp O’Leary het aardappelmuseum! Prince Edward Island staat bekend om zijn aardappelen. Tijdens het rijden zagen we prachtige boerderijen, met grote lappen grond er omheen. En aardappelvelden. Vanavond waarschijnlijk aardapppelsalade bij de kreeft. Eet smakelijk ook!     
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten